Gelukkig kende je hem nog niet”
“Een ouder kind verliezen is veel erger”
“Hij was gelukkig nog maar een baby”

Zo maar wat opmerkingen die ik na het overlijden van Lev kreeg van mensen uit mijn omgeving.
En eerlijk: mogelijk heb ik zelf ooit, voor het overlijden van Lev, soortgelijke dingen gedacht over anderen.
‘Gelukkig´ kan ik mijn situatie niet vergelijken met de situatie waarin je een ouder kind verliest. Ik weet alleen hoe het is om en baby na de geboorte te verliezen.

Samen leven we naar het einde van de zwangerschap toe. We maken langzaamaan alles gereed voor jouw komst. Met liefde kiezen we een kamertje, de mooiste babykleertjes en de liefste namen.
We bereiden ons voor op het ouderschap, fantaseren hoe het zal zijn. Je bent ons eerste kindje en we weten nog niets van hoe het ouderschap eruit ziet.
Mijn buik groeit en daarmee het verlangen naar jou ook.

En dan draait ons leven volledig om. Je wordt geboren, maar overlijdt na enkele minuten in mijn armen. Je bent het prachtigste kindje dat we ooit zagen. We bewonderen je schattige oortjes en je kleine neusje.
We knuffelen je oneindig, geven je duizend kleine kusjes en dekken je telkens met liefde toe.
We nemen je mee naar huis. Ons huis, dat in de afgelopen maanden klaargemaakt werd voor jouw komst. Van met z’n tweeën naar een echt gezin. De box staat al in de kamer. We hebben hem net gekocht en wilden kijken hoe hij stond. Jij ligt er niet in, je zal er nooit in liggen.
Eenmaal leggen we je in het splinternieuwe wiegje. Het is jouw wiegje immers, met zoveel liefde uitgekozen.
Daarna moet je gauw weer in het mandje, dat koude mandje met koelelementen.

Na jouw afscheid keren we terug naar huis. Er is geen kindje dat op ons wacht. Geen oudere kindjes waarvoor wij door moeten. Er is een kamertje met een leeg bedje en een kast vol kleertjes, die niet gedragen zullen worden. En er is een lege buik, een vreselijk lege buik.
Er is niets meer om voor door te gaan, mijn hart is gebroken, in honderdduizend stukjes en ik weet niet of het ooit nog gemaakt kan worden.

Niemand heeft jou zien opgroeien. Niemand heeft herinneringen met jou kunnen maken. Niemand heeft genoten van wie jij bent, of was. Niemand, nee echt niemand zal ooit kunnen zeggen: “Weet je nog, die ene keer toen Lev dat deed?” Niemand zal het hebben over je mooie ogen, je prachtige lach, of je streken. Niemand zal je kennen, zelfs ik niet.

Wij zijn gewoon weer met z’n tweeën. Voor de buitenwereld is er niets veranderd. Als je ons niet kent weet je niet dat wij ouders zijn geworden. Het staat niet op ons voorhoofd en de box en het wiegje zitten weer in de doos. We zijn onzichtbare ouders met het grootste verdriet. Terwijl we rouwen weten we niet hoe onze toekomst eruit komt te zien. Je bent ons eerste kindje en we weten niet of er ooit een levend kindje mag komen.

Je was nog maar een baby.
We kenden je nog niet.
Maar elke dag die volgt, zal pijnlijk zijn, juist omdat we jou niet mochten kennen.

Roos

Over Roos

Roos Bodewes: 35 jaar en mama van Lev* (‘15) Sam Ezra (’16) en Eden Lev (’18) werkt als casemanager voor Jeugdzorg. Ze geniet van het samenzijn met haar gezin, familie en vrienden. Roos bezoekt graag festivals en gebruikt haar vrije tijd om te fotograferen, schrijven en koken. Het thuis gezellig maken is iets wat zij belangrijk vindt.