In de auto bedenk ik wat ik kan verwachten. Ik zie een soort picknickmandje voor me, van riet en een geruite binnenbekleding. Of het wordt een kistje. En hoe groot zou het eigenlijk moeten zijn?
Dan voel ik ineens een trapje onderin mijn buik. Mijn lieve Tijntje.

De harde realiteit schiet weer door mij heen. Ik zou rompers en babypakjes uit moeten zoeken, geen mandje of kistje! Een paar weken geleden, wat nu al maanden lijkt, wisten we dat je jongetje bent. We waren al vroeg in de zwangerschap eens dat je Tijn zou gaan heten. Maar op hetzelfde moment dat we je naam konden gaan gebruiken, kregen we ook slecht nieuws. En weer een paar weken later moesten we ons toch echt gaan voorbereiden dat je in mijn buik zou gaan sterven. De gedachte dat je nooit je oogjes open zou doen…
Als we de winkel binnenstappen, komt er een lange vrouw met een brede glimlach op ons af. Ik breek. Ik wil dit helemaal niet! Dit is zo tegenstrijdig. Leven en dood zo dichtbij elkaar. Ze laat ons even alleen. Om ons heen zien we kaarsjes, kistjes, mandjes van riet of van badstof. Compleet met dekentjes en mini-rompertjes. In allerlei motieven en kleuren. We bedenken wat voor jongetje je zou zijn. Hoe je met autootjes zou spelen, welke kleur je mooi zou vinden. Ik wil graag iets moois uitzoeken. Tot nu toe heb ik nog helemaal niets voor je gekocht (alsof ik het al wist..?).

Je bent er toch nog?

Dan weer over tot de orde van de dag. We bestellen een blauw, badstoffen mandje met bijbehorend kaarsje. Een paar dagen later arriveert de doos. Gelukkig op tijd, toch? Ik strijk nog eens over mijn buik om wat beweging te voelen. Meestal komt Tijn naar mijn hand toe. Je bent er toch nog? Morgen weer een echo in het ziekenhuis.

Ik pak het mandje uit en zie een mini-rompertje voor premature kindjes. Als ik mijn telefoon ernaast houd, zie ik pas hoe klein het is. Ik stel me voor hoe Tijn in zijn mandje ligt. Hoe we voor hem zingen, Slaap kindje slaap..

Maar je leeft nog.

Aukje Hilgers: leerkracht in het speciaal onderwijs, getrouwd met Bart en moeder van 3 mooie kinderen: Tijn *, Hidde en Tinne, die ze  koestert in haar hart of met een dikke knuffel.