Het afgelopen jaar heb ik geen blog geschreven. Het lukte me niet. Waar moest ik over schrijven? Naast dat ik het wat drukker heb, geeft ook de rouwvorm waarin ik me bevind maar weinig zin om te schrijven. Het is een vorm van gelatenheid, een zoeken naar nieuwe levenszin, een zoeken naar mezelf en de ander in ‘de tijd na…’.
Velen hebben het over de tijd voor en de tijd na de geboorte en het afscheid van een baby’tje. Rouwen duurt levenslang en ik ervaar steeds meer een afstand tot de ‘tijd voor’. Toen waren veel dingen anders, toen beleefde ik veel dingen anders, toen wás ik in bepaalde opzichten anders. En nu is het de tijd om die veranderingen te verankeren. Het is mijn nieuwe ik. Ik hoef en kan niet meer terug naar ‘de tijd voor’.
De geboorte en tevens het afscheid van Samuel en Matthias zijn voor mij levensbepalend geweest. Ik ben vader geworden van twee jongens, maar kan niet voor ze zorgen. Ik kan niet met ze leven. Ik mis ze elke dag en zal dat blijven doen. Ondertussen gaat de tijd onverbiddelijk door, vervolg ik mijn levenspad en probeer ik er het beste van te maken. Met vallen en opstaan. Dat heeft tot nu toe veel moeite gekost. Een vaak onzichtbare en eenzame weg.
Ik kom steeds meer mensen tegen die niet afweten van Samuel en Matthias. Nieuwe collega’s, de kapper die argeloos vraagt of ik kinderen heb, andere mensen die ik leer kennen. Ik wil en kan onze kinderen niet ontkennen of negeren. Ze horen bij ons. Toch heb ik soms geen zin om alles weer op te rakelen, of de sfeer ernstig te maken. Het blijft een uitdaging om dan uit je woorden te komen.
Daarnaast heb ik soms het idee dat velen zich geen houding weten te geven als het om mijn of onze rouw gaat. Dat is ook lastig. Toch ben ik meer dan een rouwende vader. Toch is ongemakkelijkheid geen reden om Samuel en Matthias maar ‘dood te zwijgen’. En toch wil het feit dat Samuel en Matthias nu niet fysiek bij ons zijn, niet zeggen dat ze niet (meer) bestaan. Of nooit bestaan hebben. Dat ik me er nu maar eens overheen moet zetten, omdat ‘we nu eenmaal door moeten in het leven’.
Beste mensen, het spreken en schrijven over mijn zoontjes is geen ingebeelde hobby. Soms denk ik: ‘Ach laat ook maar, ze zullen wel weer denken: komt hij weer met z’n Samuel en Matthias…’ Nou, ik houd me al enorm in, hoor! Veel ouders smijten met foto’s, met anekdotes, met klaagzangen, enzovoorts van en over hun kinderen. Hun kinderen die ze elke avond in bed stoppen en de volgende ochtend er weer gezond en wel uithalen.
Dat je mij ziet als die treurende vader, die blijft hangen in zijn verdriet, of – als je mij minder goed kent – als man zonder kinderen, mag natuurlijk. Maar het spreken en schrijven over mijn kinderen is geen ingebeelde hobby. Samuel en Matthias zijn niet ingebeeld. Ook niet over tien, twintig of veertig jaar. Ze zullen altijd bij ons horen. Altijd liefdevol genoemd worden. We kunnen elkaar alleen niet zien, horen of voelen. Maar we zijn onafscheidelijk verbonden.