Er is stilte die blijft.

En leegte die ik voel.

Maar er is ook kleur.

Die mijn hart laat ademen.

Twee werelden in mij: gemis en nieuw leven.

De uitgerekende datum van Lev voelt als een loodzware steen. Ik hoop dat het draaglijker wordt als ik tegen die tijd opnieuw zwanger ben. Misschien kan een groeiende buik een beetje de leegte vullen die Lev achterliet. Misschien geeft een baby me iets om vast te houden, iets dat mijn moederschap zichtbaar maakt.

Maar op die datum ben ik niet zwanger. 

Geen kloppend hartje, geen nieuwe verwachting. 

Alleen een schrijnend gemis.

Soms lig ik ’s nachts stil, luisterend naar het niets.

Een leegte die ik koester, want daarin leeft Lev.

We gaan rond die datum weg, ver weg, naar een land waar niemand ons kent. Misschien verzacht de afstand en anonimiteit de pijn. Maar het tegendeel gebeurt. Tijdens die vakantie voelt alles juist nog leger. Mijn buik is leeg. Geen draagzak, geen kindje op het strand of in de zon. Het ergste is dat niemand ziet dat ik moeder ben. Het voelt alsof mijn liefde nergens kan landen.

Daarna klamp ik me vast aan nieuwe hoop. Ik hoop dat ik zwanger ben tijdens de feestweek van het dorp, zodat er iets positiefs te vertellen valt. Maar de dagen gaan voorbij en mijn buik blijft leeg.

Wat als er nooit een kindje komt?

Wat als ik altijd een onzichtbare moeder blijf?

En dan, een half jaar na Lev, staan er ineens twee streepjes op een test. Het moment waar ik zo naar verlangd heb. Maar de opluchting maakt al snel plaats voor een zware, intense zwangerschap. Elke dag is een mentale strijd: angst, hoop, verdriet en verlangen lopen door elkaar. Ik wil zo graag dat dit kindje levend ter wereld komt.

Acht maanden later is daar onze regenboog. Mijn redder in nood, zonder dat hij het weet. Hij brengt licht terug in mijn leven. Maar wat hij nooit kan doen, en wat ook niet zijn taak is, is het gat vullen dat Lev heeft achtergelaten. Pas na zijn geboorte en het meemaken van zoveel mijlpalen besef ik hoe groot het gemis werkelijk is.

Het verdriet verandert. Het wordt een zachte aanwezigheid, een schaduw die beschermt en tegelijk ruimte geeft om opnieuw liefde te voelen voor het nieuwe leven.

Onze regenboog is geen vervanging. Hij is precies wie hij is. Een prachtig mens met zijn eigen lach, zijn eigen karakter en zijn eigen plek in ons gezin. Hij is de broer van Lev, niet om hem te vervangen, maar om naast hem te bestaan. Ik leer dat verlies niet opgevuld kan worden, maar een nieuw verhaal kan er wel naast bestaan. Lev hoort altijd bij ons, en tegelijkertijd mag ik opnieuw liefde voelen en hoop ervaren.

Twee kindjes, zo met elkaar verbonden. Als Lev had mogen leven, was zijn broertje er niet geweest. Het gemis blijft, maar de liefde groeit. Breder dan verdriet, groter dan leegte. Zo leven ze samen in mijn hart: onvervangbaar, onlosmakelijk, altijd bij mij.

Leven met verlies is ingewikkeld.

Soms confronterend, soms verwarrend.

Lev maakte me moeder, en dat blijf ik altijd.

Zichtbaar of niet.