Categorie: Blog

Door de jaren heen

Door de jaren heen

Onze trouwdag, deze maand alweer vier jaar geleden.. We vierden deze dag precies zoals wij dat wilden. Extra bijzonder dat we deze dag mochten vieren met een klein mensje in mijn buik. Ontzettend trots waren we op die beginnende babybuik, mijn jurk paste nog precies… We wisten sinds kort dat ik in verwachting was van een meisje. Onze toekomst zag er rooskleurig uit.

We waren ontzettend blij met deze zwangerschap, maar we vonden het ook spannend.

Gezonde spanning vooral en daarnaast ook veel nieuwsgierigheid. Hoe zou het zijn met een klein meisje erbij? Wat komt er allemaal op ons af? Hoe gaat het ons leven veranderen? Hoe gaat het onszelf veranderen? Hoe ziet onze baby eruit? Allemaal dingen die horen bij een zwangerschap en het aanstaande ouderschap.

En toen, in december 2021, werden we na een spannende en heftige periode vol onzekerheid ouders. We werden ouders van een stilgeboren dochter, iets wat we nooit hadden voorzien. Ineens moesten we ons bezighouden met allerlei zaken die we nooit van tevoren bedacht hadden. Informatie over welke onderzoeken we willen laten doen bij ons kindje om erachter te komen of er een oorzaak voor haar dood gevonden kan worden? Het regelen van een afscheid en crematie en het inschrijven bij de gemeente van een stilgeboren kindje. 

Die eerste periode na het verlies was verschrikkelijk. Geen beschuit met muisjes, flesjes, luiers of gebroken nachten. Enkel verdriet, rouw, pijn en onmacht – hier moesten we mee om zien te gaan. We zijn er bovenop gekrabbeld. Ieder op zijn eigen manier en tempo, maar toch ook samen. Dit verlies deed ons bovendien beseffen hoe graag we voor een kindje wilden zorgen.

Vier jaar geleden trouwden wij. Vier jaar waarin ongelofelijk veel is gebeurd. Na het verlies van onze Fem mochten we nog een zoon en een dochter krijgen. We voelen ons hiermee enorm gezegend. Er groeien twee kindjes op bij ons. Het verdriet en het gemis zullen altijd blijven, al verdwijnt het soms wat meer op de achtergrond. Door de jaren heen wordt het anders, ons leven gaat door. Maar onze Fem, ons kindje in ons hart, is er in gedachte iedere dag bij.

lees meer...
Ik lijk wel stuk

Ik lijk wel stuk

Zaterdagochtend, half 9. Ik word uit mijzelf wakker en besluit uit bed te gaan. De rest van mijn gezin slaapt nog; van die stille ochtenden kan ik echt genieten. De hond en ik wandelen de deur uit, de grijze lucht hangt dreigend boven ons. Ik loop de hoek om en BAM, zo plotseling als zoiets gaat, verschijnt daar een regenboog in de lucht. Eerst voorzichtig, maar al snel steeds feller. En ook steeds luider hoor ik het lied dat onmiddellijk in mijn binnenste zingt: 

Een boog in de wolken als teken van trouw
Staat boven mijn leven, zegt: ‘Ik ben bij jou’
In tijden van vreugde maar ook van verdriet
Ben ik bij U veilig, U die mij ziet

Het lied van Sela draaiden we op de uitvaart van Julia. Het maakt niet uit of ik het ergens hoor of dat het in mijn hoofd klinkt, iedere keer weer wellen er tranen in mijn ogen op. 

Ik slik de tranen maar weer weg zoals ik meestal doe, want hoe feller de regenboog wordt hoe harder het begint te regenen. De hond en ik maken rechtsomkeert. Terwijl de tranen op mijn wangen worden vervangen door regendruppels, word ik boos op mezelf. Ik lijk wel stuk. 

Mensen zeggen zo vaak tegen me dat ze niet weten hoe ik overeind blijf staan. En nu ik bijna stampvoetend van frustratie naar huis terugloop, vraag ik het mijzelf ook af. Hoe is het toch mogelijk dat ik niet vaker kan huilen, niet vaker bij die pijn kan? Mijn kind is dood, HALLO!? Hoe kom jij je bed nog uit iedere dag? Leuke dingen doen en daar zelfs min of meer van genieten!? 

Terwijl de aanklachten in mijn hoofd tetteren, hoor ik ook de zachte fluistering van mijn hemelse Vader die zegt dat het goed is, dat ik goed ben, dat alles wat ik beleef oké is. De complexiteit van alles overspoelt me weer eens en ik stap het huis binnen met een natte hond en een hoofd vol boosheid. 

Maanden geleden heb ik als doel bij mijn therapeut gesteld dat ik ‘gewoon mijn kind zou willen kunnen missen, zonder dat het me bang maakt, waardoor ik het iedere keer maar weer wegstop’. Ik merkte namelijk al vrij snel na het overlijden van Julia dat ik er goed over kan praten en er ook al schrijvend woorden aan kan geven, maar er bar weinig bij voel. Alsof het over iemand anders gaat. Daarom huil ik wél heel makkelijk als ik me bedenk hoe diep dit verdriet en gemis voor mijn familie is, of wanneer ik voel en zie dat mijn lieve vriendinnen zich over mij en mijn gezin ontfermen.

Ik denk dat het veilig is om te zeggen dat het doel nog niet bereikt is. En als ik nuchter nadenk, weet ik heus dat het niet erg is. En dat rouw geen logisch en lineair proces is. Dat er geen eindpunt komt. Dat ik mild mag zijn voor mijzelf. Dat het niets zegt over of ik wel genoeg van mijn kind houd. Ik weet het echt. 

Maar op dit moment voelt het alsof ik stuk ben. Hartstikke stuk. Ik zet koffie en besluit de zachte, liefdevolle Stem iets harder te zetten. Die is namelijk nooit stuk. En voorzichtig breekt buiten de zon weer door. 

lees meer...

De tijd na...

Het afgelopen jaar heb ik geen blog geschreven. Het lukte me niet. Waar moest ik over schrijven? Naast dat ik het wat drukker heb, geeft ook de rouwvorm waarin ik me bevind maar weinig zin om te schrijven. Het is een vorm van gelatenheid, een zoeken naar nieuwe levenszin, een zoeken naar mezelf en de ander in ‘de tijd na…’. 

Velen hebben het over de tijd voor en de tijd na de geboorte en het afscheid van een baby’tje. Rouwen duurt levenslang en ik ervaar steeds meer een afstand tot de ‘tijd voor’. Toen waren veel dingen anders, toen beleefde ik veel dingen anders, toen wás ik in bepaalde opzichten anders. En nu is het de tijd om die veranderingen te verankeren. Het is mijn nieuwe ik. Ik hoef en kan niet meer terug naar ‘de tijd voor’.

De geboorte en tevens het afscheid van Samuel en Matthias zijn voor mij levensbepalend geweest. Ik ben vader geworden van twee jongens, maar kan niet voor ze zorgen. Ik kan niet met ze leven. Ik mis ze elke dag en zal dat blijven doen. Ondertussen gaat de tijd onverbiddelijk door, vervolg ik mijn levenspad en probeer ik er het beste van te maken. Met vallen en opstaan. Dat heeft tot nu toe veel moeite gekost. Een vaak onzichtbare en eenzame weg. 

Ik kom steeds meer mensen tegen die niet afweten van Samuel en Matthias. Nieuwe collega’s, de kapper die argeloos vraagt of ik kinderen heb, andere mensen die ik leer kennen. Ik wil en kan onze kinderen niet ontkennen of negeren. Ze horen bij ons. Toch heb ik soms geen zin om alles weer op te rakelen, of de sfeer ernstig te maken. Het blijft een uitdaging om dan uit je woorden te komen. 

Daarnaast heb ik soms het idee dat velen zich geen houding weten te geven als het om mijn of onze rouw gaat. Dat is ook lastig. Toch ben ik meer dan een rouwende vader. Toch is ongemakkelijkheid geen reden om Samuel en Matthias maar ‘dood te zwijgen’. En toch wil het feit dat Samuel en Matthias nu niet fysiek bij ons zijn, niet zeggen dat ze niet (meer) bestaan. Of nooit bestaan hebben. Dat ik me er nu maar eens overheen moet zetten, omdat ‘we nu eenmaal door moeten in het leven’. 

Beste mensen, het spreken en schrijven over mijn zoontjes is geen ingebeelde hobby. Soms denk ik: ‘Ach laat ook maar, ze zullen wel weer denken: komt hij weer met z’n Samuel en Matthias…’ Nou, ik houd me al enorm in, hoor! Veel ouders smijten met foto’s, met anekdotes, met klaagzangen, enzovoorts van en over hun kinderen. Hun kinderen die ze elke avond in bed stoppen en de volgende ochtend er weer gezond en wel uithalen. 

Dat je mij ziet als die treurende vader, die blijft hangen in zijn verdriet, of – als je mij minder goed kent – als man zonder kinderen, mag natuurlijk. Maar het spreken en schrijven over mijn kinderen is geen ingebeelde hobby. Samuel en Matthias zijn niet ingebeeld. Ook niet over tien, twintig of veertig jaar. Ze zullen altijd bij ons horen. Altijd liefdevol genoemd worden. We kunnen elkaar alleen niet zien, horen of voelen. Maar we zijn onafscheidelijk verbonden.

lees meer...
Is dit echt?

Is dit echt?

Daar lag ik op bed. Met mijn neus tegen een klein kronkelend mensje aangeplakt, mijn tweede dochter. Ons eerste moment alleen na de bevalling.

Langzaam daalde het besef in. Happend naar adem keek ik haar aan, de tranen vlogen mijn ogen uit. Kijk, die knijpende handjes, dat perfecte neusje. Alles in me was vervuld van ongeloof. Is dit echt, leeft ze echt? Is het scenario uitgekomen waar we geen rekening mee hadden gehouden – een kind dat blaakt van gezondheid?

Het zou me de dagen en weken daarop nog vaak overkomen. Zodra ik alleen was met mijn dochter gutsten het geluk en het verdriet naar buiten. Dan zag ik hoe ze op haar stilgeboren zus leek, dan vloeiden de twee meisjes in elkaar over. Het waren momenten met een mengelmoes van rauwe emoties, die me in verwarring achterlieten.

We zijn nu anderhalf jaar verder. Er zet hier een vrolijk dreumesje de boel op stelten. Het gaat goed met haar en het gaat goed met ons. Gisteravond hingen mijn man en ik samen boven haar bedje. ‘Wat is ze al groot hé?’, fluisterden we boven een slapend kopje. En, nu ik dit schrijf, besef ik dat daar nog steeds een stukje ongeloof in ligt. Dat wij dit geluk mee mogen maken – is dit echt?

 

lees meer...
Nog nooit zo (in)compleet

Nog nooit zo (in)compleet

Cliché maar waar, het leven heeft z’n ups en downs. En sinds het overlijden van Ravi en de geboorte van zijn twee zusjes ben ik me daar, meer dan ooit, heel erg bewust van. 

Ik heb er altijd voor gekozen echt te genieten van het leven. Ik hou van eten, drinken, feestjes en heel veel gezelligheid. Ik leef, zeg ik dan. Door het verlies van Ravi ben ik nog bewuster geworden van het leven en dat elke dag gegeven is. Die dankbaarheid is heel veel waard en staat in groot contrast met het verdriet dat het verlies met zich meebrengt. 

Het geluk van nieuw leven en het verdriet van het gemis. Deze zomer stond in het teken van beide. Op 17 juni 2025 kregen we ons derde kindje, een dochter. Na 38 lange weken van onzekerheid, was ze daar: Vaya. De vreugde en liefde in groot contrast met het verdriet van vier jaar geleden, toen ik in hetzelfde ziekenhuis beviel van onze zoon Ravi. Maar hij maakte geen geluid. Voor ons geen beschuit met muisjes, maar een bezoek van de begrafenisondernemer. Mijn gevoel was toen al zo dubbel. Ik was zo trots en verliefd en tegelijkertijd zo intens verdrietig en gebroken. Alles wat ik kon voelen, voelde ik. 

Vaya mocht met ons mee naar huis in een auto vol cadeautjes en ballonnen. Ravi bleef achter in het mortuarium. Vaya sliep de eerste nacht dicht bij ons, in de co-sleeper naast mijn bed. Vlak bij mijn nachtkastje met foto’s van Ravi. Zo dichtbij en toch zo ver weg. 

Dood of levend, alle drie mijn kindjes wonen naast elkaar in mijn hart. Net zoals het geluk en het verdriet naast elkaar bestaan in ons leven. We vieren en herdenken. Soms zelfs in hetzelfde weekend. Feestend met onze vrienden op zaterdag, en stilstaan bij het verlies van ons kind op zondag. 

Met alle regelingen van deze tijd konden we zes weken met elkaar genieten. Het waren fantastische weken die we nooit zullen vergeten. De tijd die je met elkaar hebt, krijg je nooit meer terug. We hebben ons compleet gevoeld, zonder echt compleet te zijn. We nemen Ravi mee in ons leven, en blijven dat doen. Zonder dat hij fysiek bij ons is, is hij wel in ons leven. We nemen hem mee, waar we ook heen gaan.

De zomer zal voor ons altijd een seizoen zijn met uitersten. De geboorte van onze gezonde dochter op 17 juni, de geboorte en het overlijden van onze zoon op 31 augustus. Een nieuw begin en een ‘eind’. Het grote contrast, elk jaar opnieuw. 

 

lees meer...
Golven van gemis

Golven van gemis

Gemis is er altijd. Soms is het zachtjes aanwezig, als een rustige zee die bijna stil ligt. Dan kabbel ik mee met de stroom van de dag. Ik hoor Gijs lachen, ik zie hoe Noor vol verwondering naar iets kleins kan kijken en ik adem mee. Op die momenten is het gemis niet minder, maar wel draaglijk. Alsof het zich even neerlegt, tevreden dat het er gewoon mag zijn.

Maar er zijn ook dagen dat de zee verandert. Dan rollen de golven groter binnen, zonder waarschuwing. Soms door iets kleins: een kind in de speeltuin dat net zo oud lijkt als Saar nu zou zijn of een onverwachte vraag van iemand die mijn verhaal niet kent. Soms ook helemaal zonder aanleiding. Het komt, het grijpt me vast, en plotseling is er die golf die alles overspoelt.

Ik kan dan proberen te zwemmen maar vaak laat ik me gewoon even meesleuren. Het voelt als verdrinken in verlangen, in verdriet, in alles wat nooit zal zijn. Die momenten zijn zwaar, maar ik merk dat ze me ook iets leren. Want elke keer kom ik weer boven. Hoe heftig de golf ook was, de zee wordt daarna weer rustiger.

En in die rustige momenten is er ruimte. Dan kan ik glimlachen om hoe Gijs enthousiast vertelt over de brandweer of hoe Noor giechelend haar pop in slaap wiegt. Ik voel Saar daar, ook al is ze niet tastbaar. Ze leeft in mijn woorden, in mijn gedachten, in de verhalen die ik voor haar meedraag.

Het gemis kabbelt, het slaat om zich heen, het zwijgt, het buldert. Soms laat het me meedeinen, soms gooit het me omver. En toch weet ik: dit is de zee waarin ik altijd zal leven. Een zee waarin liefde en gemis samenkomen.

Op de rustige dagen geniet ik van de stilte van de golven. Op de zware dagen vertrouw ik erop dat de storm weer gaat liggen. En steeds weer ontdek ik dat ik kracht vind, niet ondanks het gemis maar mét het gemis.

Want hoe heftig de golven ook zijn, onder al dat water ligt liefde. Altijd.

lees meer...
Je hoeft het niet alleen te doen

Je hoeft het niet alleen te doen

Het is 1.00 uur. Ik lig al twee uur naar het plafond te staren. Naast me staat een foto van Lieke, waar mijn blik af en toe op valt. Het is een van mijn laatste werkweken voor mijn verlof. Hoeveel we ook uitkijken naar het verwelkomen van het nieuwe leven dat in mijn buik groeit, de spanning groeit ook met elke week die dichterbij komt. Er is geen veilige haven, want de vorige keer ging het mis bij 40 weken.

Al weken voel ik de spanning, maar ik laat het niet toe. Enerzijds omdat ik gewoon moet werken en dankbaar wil zijn voor wat er gaat komen. Anderzijds ben ik bang dat als ik aan de tranen toegeef, ik totaal instort en niet weet of ik er zelf nog uitkom. Al weken merk ik dat ik mijn tranen wegslik als ik ’s avonds in bed lig en naar de foto van Lieke kijk. Bang voor wat er gaat komen als ik de emoties toelaat en ook bang om iemand tot last te zijn, om het masker van “de sterke” te laten vallen.

Ik besluit om uit bed te gaan. Het is dan wel 01.00 uur, maar op deze manier ga ik niet in slaap vallen. In de woonkamer ga ik op de bank zitten en dan komt alles eruit wat de afgelopen weken opgekropt is. Ik begin te huilen en er lijkt geen einde aan te komen. Alles wat we hebben meegemaakt komt voorbij. Ik denk na over alle keuzes die ik in mijn leven heb gemaakt die ertoe hebben geleid dat ik hier middenin de nacht in mijn eentje op de bank zit te huilen. Ik voel me wat verloren, maar met elke traan voel ik ook opluchting. De druk gaat er langzaam vanaf.

Na een uur merk ik dat ik me leeg voel. De tranen zijn gestopt en de tissues zijn op. Ik ga naar bed en val snel in slaap. De volgende dag ga ik gewoon aan het werk, want ondanks alle emoties en het slaaptekort voel ik me ook vooral wat lichter. Ik laat mijn man weten dat ik niet zo’n fijne nacht had en bij thuiskomt staat er een bos bloemen met de boodschap: “Je hoeft het niet alleen te doen.”

En ik weet het. Ik weet dat ik het niet alleen hoef te doen. Maar het weten en eraan toegeven, dat zijn twee hele verschillende dingen. Ik weet dat er genoeg lieve mensen om me heen zijn die ik om 1.00 uur ’s nachts kan wakker maken, omdat het even niet gaat. Maar er zijn ook mensen die me het gevoel hebben gegeven dat ik het wél alleen moet doen, en dit kruipt soms in mijn hoofd.

Nu heb ik even weer de reminder dat we het samen doen. Dat we samen intens verdrietig mogen zijn om wat we missen. Dat we samen hoopvol mogen uitkijken naar het nieuwe leven dat in mijn buik groeit. Met alle lieve mensen om me heen die steeds blijven bevestigen: je hoeft het niet alleen te doen.

Insta: @anjaaveresch

lees meer...
In stilte dichtbij

In stilte dichtbij

Ik heb al een tijdje niks geschreven. Ik weet niet precies hoe het komt. 

Ik denk elke dag aan Ella, maar toch voelt ze de laatste tijd verder weg. Alsof het verlies niet echt gebeurd is. Of dat het niet over ons gaat. Maar zodra ik weer iets zie wat me aan haar herinnert, voel ik dat het echt is. Dat ze er echt niet meer is. 

Soms druk ik het verdiet weg. Dan is het te pijnlijk om erdoorheen te gaan. Het is altijd kiezen tussen twee kwaden. Als Ella iets meer op de achtergrond staat, voel ik me heel ver bij haar vandaan, maar lukt het me beter om onderdeel te zijn van het leven. En als ze wat meer op de voorgrond staat, voel ik weer hoe groot de liefde voor haar is, maar voel ik daarmee ook het intense verdriet en gemis. Dan stort ik weer even helemaal in en speelt alles zich weer opnieuw af in mijn hoofd. De zwangerschap, het nieuws, haar geboorte en haar afscheid. Het mandje dat we voor haar uitzochten, de kleertjes die op maat werden gemaakt, de liedjes die we draaiden en de foto’s die werden genomen. Soms kijk ik die foto’s weleens terug, geef ik er een kus op en ben ik weer even heel trots en verliefd op haar. Tot de foto’s van de uitvaart. Dan krijg ik een knoop in m’n maag en klap ik het boek weer dicht. 

Ik vraag me vaak af waar ze is. Ik heb zoveel gelezen over tekens en zo vaak gevraagd of ze me iets wil laten weten, maar ik voel en zie het niet. Of ik kom tot de conclusie dat het waarschijnlijk gewoon is dat er weleens een witte vlinder voorbij komt fladderen of dat er ergens een giraf opduikt. Sta ik er dan niet genoeg voor open? Ben ik te nuchter? Of geloof ik stiekem toch een beetje in dingen die eigenlijk helemaal niet kunnen? Ik wil zo graag dichtbij haar zijn, weten dat ze oké is. Maar het blijft altijd stil.

Een poos geleden schreef ik over een periode waarin ik hier niet meer wilde zijn. Mijn psycholoog zei laatst: “Je wil niet echt dood, je wil gewoon heel graag bij je kind zijn en dat kan niet zonder dood te gaan”. Dat is denk ik precies hoe het is. Ergens doet dat me goed, hoe gek dat ook klinkt. Het maakt me heel erg moeder. Moeder van Ella. De enige manier om echt te voelen dat we nog steeds verbonden met elkaar zijn. Dan is ze weer even heel dichtbij.

 

lees meer...