Ik staar naar het knalgele emmertje op het ladekastje. Het is al vol. Dan kijk ik naar de blauwe plekken op mijn benen. Ik zoek een leeg plekje. Maar met het spuitje in mijn hand dwalen mijn ogen via de spiegel naar mijn opbollende buik. Ik ben alweer een tijdje ‘onderweg’.

En na de eerste opwinding van deze nieuwe zwangerschap volgt meteen ook de spanning. Dagelijks spuit ik een bloedverdunner in mijn benen. Alles voor een gezonde zwangerschap! Hoewel het geen enkele garantie geeft dat het dit keer wél goed gaat. Hoe zal deze zwangerschap verlopen?

Ik eet gezond, beweeg en fiets dagelijks een rondje. En hoewel ik wéét dat ik geen schuld heb gehad aan Tijns dood, lijkt het alsof ik toch probeer het deze zwangerschap nog meer ‘goed’ te doen. Ik ben me meer bewust van de baby in mijn buik, met wie ik meer contact probeer te maken. Ik let op mijn voeding, medicatie en ga trouw naar alle controles. Na elke echo haal ik opgelucht adem. Ook probeer ik meer te genieten van alle voorbereidingen, die tegelijkertijd ook confronterend zijn. Er komt een ander kindje te liggen in deze wagen…

Waaraan is mijn baby overleden? Hoe kon het gebeuren?

Maakt het uit waardoor je baby is overleden, waardoor hij er niet meer is?

Niet voor het gemis, voor de gedachten van hoe het zou kunnen zijn. Het gevoel van leegte gaat er niet van weg. Maar het maakt uit voor de toekomst.

Het zal toch niet… Niet nóg een keer… Dat kan toch niet…

De kans op herhaling is aanwezig. Bloedpropjes in de placenta hebben gezorgd voor onvoldoende voeding voor de baby, waardoor hij niet kon groeien. Bij mij is een afwijking in de bloedstolling gevonden. Ook immuniteit zou een rol kunnen spelen, waarbij ‘vreemde’ cellen (die van de vader) worden afgestoten. Of een combinatie van beide. Het blijft onduidelijk. De angst dat het opnieuw mis kan gaan is er continu. En ik weet dat ik er geen enkele invloed op heb… Dus spreek ik mezelf moed in.

Ik trek mijn broek over mijn benen, leg mijn handen op mijn buik en denk: wij gaan het samen redden. Even later fietsen we samen door de polder. De knoppen komen aan de bomen en ik zie de ganzen alweer over trekken. Ooievaars klapperen op de palen in de weilanden. Het maakt me blij en triestig tegelijk. De maanden lopen parallel. Dit heb ik al eens meegemaakt. De natuur belooft weer volop leven. En dit keer is het anders.

Met het groeien van mijn buik, met het voelen van elke beweging, met elke goede (extra) echo, het passeren van weer een weekgrens, neemt mijn vertrouwen toe. Dit kind zal leven.

(en dat doet ie!)

Over Aukje

Aukje Steunenberg-Hilgers (1978): is getrouwd met Bart en samen hebben zij drie kinderen: Tijn (2012*), overleden in de zwangerschap, Hidde (2013) en Tinne (2014). Zij werkt in het basisonderwijs en houdt van de natuur in gaan, culturele uitstapjes maken en lezen.